Sinds 1970 is het aantal mensen dat gebruikt maakt van psychische zorg sterk gestegen. Ook onze uitgaven aan zorg zijn bijna altijd toegenomen, al worden er beleidsmatig steeds andere keuzes gemaakt waar minder en waar meer geld heen mag. We zouden mogen verwachten dat wanneer meer mensen gebruik maken van hulp, en die hulp volgens onderzoek ook effectiever wordt, er steeds minder mensen last krijgen van psychische problematiek. Helaas is dat niet zo: dat percentage is tamelijk stabiel, en recent zelfs gestegen. Ondanks die grotere inzet is ook het aantal mensen dat een eind aan hun eigen leven maakt of tegen hun zin behandeld wordt niet gedaald. Sterker: sinds de jaren 70 is het aantal suïcides en het aantal dwangtoepassingen sterk toegenomen. Hoewel daarbij natuurlijk veel meer factoren een rol spelen, is wel duidelijk dat meer hulp niet zomaar resulteert in minder problemen.
Ondertussen blijft de vraag naar hulp stijgen, getuige het aantal mensen in psychische zorg en de lange wachtlijsten. De lengte van wachtlijsten lopen sterk uiteen: bij kleine aanbieders is die vaak korter, voor complexere problemen (waarvoor hulp vaak wordt alleen wordt geboden door groter instellingen) is die veel langer. Mensen lijken steeds sneller geneigd hulp te zoeken en worden daartoe ook gestimuleerd – zowel vanuit de overheid (door middel van publiekscampagnes) als door zorgaanbieders zelf (vanuit zakelijke overwegingen). Maar mensen die intensieve hulp nodig hebben zijn vaak heel lang op zoek.
De grote vraag naar professionele hulp roept natuurlijk de vraag op of en waarom het mensen steeds minder lukt om er zelf om samen met anderen uit te komen. De relatie tussen sociale steun, psychische problematiek en professionele hulp is echter nauwelijks onderwerp van onderzoek – uitzonderingen daargelaten.
Lees hier meer over dit thema: